De Giant-Homer is een typisch Amerikaans ras dat pas de laatste jaren in ons land wat grotere bekendheid heeft gekregen. Inmiddels zijn er een achttal fokkers (allemaal lid van de SPC) en zijn ze op vrijwel al onze nationale shows te bewonderen. Al met al reden genoeg om ze op deze rasdag te bespreken.
Hieronder volgt de standaard met waar nodig wat aanvullingen bij de diverse raskenmerken.
Type
Een brede, korte en zware duif aan alle zijden goed gerond met een sterk skelet (ringmaat 10 mm) in feite meer vleesduif dan vliegduif, door hun gewicht kunnen ze slecht vliegen. Volgens de Amerikaanse standaard is het ideale gewicht van een volwassen duivin 33 ounces (930 gram) Een doffer mag 38 ounces wegen (ongeveer 1070 gram) De Nederlandse dieren zijn beduidend minder zwaar. De zwaarste duif is beslist niet automatisch de beste, zo als altijd gaat het om de verhoudingen.
Stand
Absoluut horizontaal, een Giant-Homer met een afhellende stand is met 92 punten dik beloond.
Kop
Goed gerond (dus niet rond) met brede schedel die ook bij de bekaanzet nog voldoende breedte heeft. De meeste voorkomende fouten in de kopbelijning zijn wrat- en/of snaveldruk. De oorzaak ligt in het infokken van Kings in Amerika schering en inslag. De keurmeesters moeten hier echt attent op zijn het is foeilelijk en er zijn er genoeg die het niet tonen. Andere storende fouten zijn de te zwakke ondersnavels en de te korte volkomen ronde koppen, ook de gewenste horizontale kopdracht is nog geen gemeen goed.
Oogkleur
Oranjerood, dus rond de pupil oranje overgaand in vurig rood aan de buitenzijde van de iris. Bij jonge dieren kan men de oogkleur pas beoordelen als de laatste slagpen na het ruien volgroeid is.
Snavel
Middellang en krachtig. De keurmeesters letten te weinig op te zwakke snavels. Giant-Homers met een spitse snavel mogen niet meer dan 93 punten krijgen.
Neusdoppen
Glad van structuur en op geen enkele wijze de doorgaande kopbelijning onderbrekend.
Keel
Goed uitgesneden. Een Giant-Homer met een volle keel is foeilelijk, dit moet in de kooi worden beoordeeld.
Hals
Middellang vrijwel verticaal gedragen en stevig zonder grof te lijken. Op zo'n zware duif willen we geen slank halsje. Ruwe halsbevedering komt nogal eens voor en moet bestraft worden.
Borst
Een duif met zo'n gewicht toont dat vooral in de borstpartij toch zie je wel dieren die enorm breed zijn met een te vlakke borst.
Vleugels
Zoals de hele duif is (kort en breed) zijn ook de vleugels. Zelden of nooit hebben ze problemen met de rugdekking. Ze zijn het levende bewijs dat ook duiven met een brede rug een perfecte rugdekking kunnen tonen. We willen dat zo houden, dus Giant-Homers met een wat mindere rugdekking moeten we niet voor de fok inzetten en al helemaal niet showen.
Staart
Kort maar vooral smal, hangpennen of een brede staart drukken het predikaat met tenminste 3 punten.
Benen
Middellang en stevig (de 11 mm. ring mag er niet los omheen hangen) Let ook op de beeninplanting een te smalle beeninplanting is een grote fout.
Bevedering
Vrij harde strakke bevedering. Een Giant-Homer met losse bevedering is wel het laatste wat wij willen.
Kleurslagen
Wit, zwart, donker, dominant rood en dominant geel, blauw zwartgeband, roodzilver gaband, geelzilver geband, blauwzilver donker geband, indigo geband en Andalusisch blauw.
Gekrast in blauw, donker, rood.- en geelzilver. Daarnaast witpennen en bont in bovenvermelde kleurslagen.
Schimmel in blauw, rood.- en geelzilver. Getijgerd in zwart, donker, rood en geel. Bij witpennen moeten de 7 buitenste slagpennen van beide vleugels wit zijn.
Te lang, te smal, te klein; te lage stand, te nauwe beenstand, stramme beenstand, te vlak of geknepen in voorkop, vlakke of hoekige schedel; zwakke snavel, afwijkende oogkleur, keelwam, voetbevedering; sterk afwijkende kleur of tekening.
Hieronder volgt de standaard met waar nodig wat aanvullingen bij de diverse raskenmerken.
Type
Een brede, korte en zware duif aan alle zijden goed gerond met een sterk skelet (ringmaat 10 mm) in feite meer vleesduif dan vliegduif, door hun gewicht kunnen ze slecht vliegen. Volgens de Amerikaanse standaard is het ideale gewicht van een volwassen duivin 33 ounces (930 gram) Een doffer mag 38 ounces wegen (ongeveer 1070 gram) De Nederlandse dieren zijn beduidend minder zwaar. De zwaarste duif is beslist niet automatisch de beste, zo als altijd gaat het om de verhoudingen.
Stand
Absoluut horizontaal, een Giant-Homer met een afhellende stand is met 92 punten dik beloond.
Kop
Goed gerond (dus niet rond) met brede schedel die ook bij de bekaanzet nog voldoende breedte heeft. De meeste voorkomende fouten in de kopbelijning zijn wrat- en/of snaveldruk. De oorzaak ligt in het infokken van Kings in Amerika schering en inslag. De keurmeesters moeten hier echt attent op zijn het is foeilelijk en er zijn er genoeg die het niet tonen. Andere storende fouten zijn de te zwakke ondersnavels en de te korte volkomen ronde koppen, ook de gewenste horizontale kopdracht is nog geen gemeen goed.
Oogkleur
Oranjerood, dus rond de pupil oranje overgaand in vurig rood aan de buitenzijde van de iris. Bij jonge dieren kan men de oogkleur pas beoordelen als de laatste slagpen na het ruien volgroeid is.
Snavel
Middellang en krachtig. De keurmeesters letten te weinig op te zwakke snavels. Giant-Homers met een spitse snavel mogen niet meer dan 93 punten krijgen.
Neusdoppen
Glad van structuur en op geen enkele wijze de doorgaande kopbelijning onderbrekend.
Keel
Goed uitgesneden. Een Giant-Homer met een volle keel is foeilelijk, dit moet in de kooi worden beoordeeld.
Hals
Middellang vrijwel verticaal gedragen en stevig zonder grof te lijken. Op zo'n zware duif willen we geen slank halsje. Ruwe halsbevedering komt nogal eens voor en moet bestraft worden.
Borst
Een duif met zo'n gewicht toont dat vooral in de borstpartij toch zie je wel dieren die enorm breed zijn met een te vlakke borst.
Vleugels
Zoals de hele duif is (kort en breed) zijn ook de vleugels. Zelden of nooit hebben ze problemen met de rugdekking. Ze zijn het levende bewijs dat ook duiven met een brede rug een perfecte rugdekking kunnen tonen. We willen dat zo houden, dus Giant-Homers met een wat mindere rugdekking moeten we niet voor de fok inzetten en al helemaal niet showen.
Staart
Kort maar vooral smal, hangpennen of een brede staart drukken het predikaat met tenminste 3 punten.
Benen
Middellang en stevig (de 11 mm. ring mag er niet los omheen hangen) Let ook op de beeninplanting een te smalle beeninplanting is een grote fout.
Bevedering
Vrij harde strakke bevedering. Een Giant-Homer met losse bevedering is wel het laatste wat wij willen.
Kleurslagen
Wit, zwart, donker, dominant rood en dominant geel, blauw zwartgeband, roodzilver gaband, geelzilver geband, blauwzilver donker geband, indigo geband en Andalusisch blauw.
Gekrast in blauw, donker, rood.- en geelzilver. Daarnaast witpennen en bont in bovenvermelde kleurslagen.
Schimmel in blauw, rood.- en geelzilver. Getijgerd in zwart, donker, rood en geel. Bij witpennen moeten de 7 buitenste slagpennen van beide vleugels wit zijn.
Te lang, te smal, te klein; te lage stand, te nauwe beenstand, stramme beenstand, te vlak of geknepen in voorkop, vlakke of hoekige schedel; zwakke snavel, afwijkende oogkleur, keelwam, voetbevedering; sterk afwijkende kleur of tekening.